zusje


  • Doorzien

    Nog een paar dagen, dan is ze jarig en dat laat ze merken.
    ‘Ik ben al bijna vijf hoor.’
    Vrijwel meteen had ze een vakantievriendinnetje gevonden.
    ‘En Ellen heeft een zusje en dat zusje is gehandicapt.’
    Ze zegt het met grote ogen, op een serieuze toon en met nadruk op gehandicapt.
    ‘Die zit in een rolstoel en kan niet eten en niet praten. Ik heb een tekening voor haar gemaakt.’
    De link met haar broer lijkt ze niet te leggen.

    ‘Mag ik de rolstoel duwen?’ vraagt ze de volgende dag in het toeristenplaatsje.
    ‘Weet je, jij bent ook gehandicapt’, vervolgt ze wijsneuzerig tegen haar broer.
    ‘Ja hoor. Weet ik’, antwoordt hij wat verveeld.

    Jammer, dat zij het nu ook weet.

    Bijsluiter’ Bijna non-fictie


  • Binnenhalen

    We staan aan het startpunt van de optocht. De fanfares, de vrolijk versierde wagens, de Zwarte Pieten en natuurlijk Sinterklaas zullen straks langs ons trekken.
    ‘Nog vijf minuutjes,’ zeg ik en meteen daarna barst de muziek los.
    Hij zit -in zijn rolstoel- bovenop de speciale bakfiets, zijn moeder staat naast hem en ik sta aan de andere kant met zijn zusje van vier op mijn arm. De Zwarte Pieten komen naar hem toe.
    ‘Wil je wat pepernoten?’
    ‘Nee!’
    In lichte verwarring dansen ze verder.
    Er zijn genoeg Pieterbazen die zonder te vragen strooigoed in zijn capuchon en zijn benenzak stoppen.
    Zijn zusje ziet hoe zij steeds wordt overgeslagen.
    ‘Ze zijn toch ook voor mij?’ zegt ze zachtjes in mijn oor.

    Bijsluiter Bijna non-fictie.