Om zes uur wil ik terug zijn in mijn appartement. Dan zal ik me douchen, me omkleden en me klaarmaken voor mijn vaste plek in mijn vaste restaurant. Vast, voor de duur van mijn verblijf in dit ooit zo zorgeloze oord. Aan een tafel voor twee, die eens onze tafel was, maar nu enkel voor mij en mijn herinneringen.
Kinderen trekken op blote voeten een sprint naar het lauwe water van de zee. Telkens als een voetzool het zand raakt, schreeuwen ze het uit van pijn. Een groep lokale pubers wordt omringd door meiden in meer dan luchtige badkleding. Een geluidsgolf van dreunende bassen stuwt over de mensenmassa heen. In al die jaren is hier weinig veranderd, alleen wij. Nu pas hoor ik de geluiden waar ik vroeger geen acht op sloeg, zie ik door mijn zonnebril het strand, de zee en de andere badgasten. Vroeger hadden we aan elkaar genoeg. Zij en ik.
Een koelbox gevuld met bier staat binnen handbereik. De lege blikjes verzamelen zich rondom mijn ligplaats. Ik had hier niet alleen naar toe moeten gaan. Je vindt goede herinneringen nauwelijks terug op de plekken waar ze ontstaan zijn.
Hitte, bier, liggen, denken en dommelen. Die cadans, niet altijd die volgorde.
Terwijl ik wegschommel in dit ritme, neemt het geruis af. De branding lijkt te verstommen, geen schreeuwende kinderen, zelfs de muziek stopt. Een wolk werpt zijn schaduw over ons heen. Ik kijk naar het water. Eén zonnestraal weet zich een weg te banen naar de aarde. Naar de plek waar zij in de vloedlijn staat. Ik herken haar direct. Voorzichtig sta ik op, zonder te wankelen. Mijn voeten deinzen niet terug voor de hitte van het zand, stap voor stap, doelgericht loop ik naar haar toe. Iedereen zit stil en kijkt naar haar. Geluidloos.
Als ik bij haar ben zegt ze:
‘Kom.’
‘Ik heb je zo gemist, ‘ antwoord ik.
‘Dat weet ik,’ fluistert ze.
Als ik me een laatste keer omdraai, zie ik mijn ligplaats langzaam in de verte verdwijnen.
Laatste blik
Tags:
Geef een reactie